Meisjes in techniek interesseren? Geef inclusief les!
praktijk
po vo

Meisjes in techniek interesseren? Geef inclusief les!

Meisjes en leerlingen met een migratieachtergrond kiezen minder snel bètavakken of technische beroepen. Hoe wek je als leraar toch hun interesse? Volgens onderzoeker en docent Tessa Vossen lukt dit vooral met inclusief lesgeven. Ze legt uit hoe je dat doet.

meisjes kijken naar een poster op de muur
Foto: Simone Both

Een gedachte-experiment: stel je een astronaut voor. Hoe ziet die eruit? Welke hobby’s heeft diegene? En: in hoeverre lijkt de astronaut op jou? “Het is niet vreemd als je een witte man voor je ziet, want op televisie of in schoolboeken zijn astronauten en techneuten dat meestal ook,” vertelt Tessa Vossen. Ze deed aan de Universiteit Leiden onderzoek naar inclusief lesmateriaal en is sinds kort docent biologie. “Uit ons onderzoek blijkt dat leerlingen die onze inclusieve lessenserie over ruimtevaart volgen, daarna de beroepsgroep als meer divers zien. Daardoor voelen ze zich er meer in thuis als persoon.” 

Gevoel bij een beroep

Vossen testte voor haar onderzoek de inclusieve lessenserie ‘Reis naar een zwart gat’ in drie diverse klassen van groep 7. De lessenserie maakte ze in samenwerking met experts op het gebied van inclusief onderwijs en wetenschapscommunicatie. Hierin leren basisschoolleerlingen over sterrenkunde en maken ze kennis met beroepsbeoefenaars met verschillende achtergronden, hobby’s en talenten. Vossen: “Vooraf en achteraf vroegen we de leerlingen naar hun gevoel bij bepaalde beroepen.” Dat gevoel noemt ze een sense of belonging en hoe positiever dat is, hoe meer de leerlingen openstaan voor een vakgebied. 

Een van de filmpjes uit de lessenserie ‘Reis naar een zwart gat’. 

Een positieve sense of belonging is volgens Vossen bijvoorbeeld  een uitspraak als: “Ik ben nieuwsgierig, net als een sterrenkundige!” En het gevoel niet thuis te horen in een beroep blijkt bijvoorbeeld uit: “Dat is waarschijnlijk te moeilijk voor mij.” De oplossing ligt volgens Vossen niet alleen in het meer of vaker aanbieden van technisch lesmateriaal. Vossen: “Inclusiviteit blijkt juist een van de belangrijkste factoren, en daar kun je als leraar op allerlei manieren aan werken.”

Representatief en divers lesmateriaal

Een belangrijke stap is volgens Vossen de keuze van het lesmateriaal: “Denk aan lesboeken en filmpjes waarin de personages zo divers mogelijk zijn.” Als leraar kun je dit bewust meenemen en ook actief stereotypen ontkrachten. Vossen: “Vertel er expliciet bij dat de rolmodellen in een filmpje echte wetenschappers zijn, en bijvoorbeeld geen acteurs. Leerlingen hebben dat niet altijd door.”

Toon verschillende beroepen en opleidingsroutes

Nodig ook diverse rolmodellen in de klas uit om te laten vertellen, zegt Vossen. “Zoek hierbij naar verschillende beroepen, zodat leerlingen ook ontdekken dat je meer kunt zijn dan alleen astronaut als je iets wil met ruimtevaart.” Daarnaast is het slim om ook te vertellen over de route naar een beroep toe. “Sommige leerlingen denken dat een wetenschappelijk beroep niet voor ze is weggelegd omdat ze bijvoorbeeld een laag schooladvies verwachten.” Rolmodellen kunnen daarom ook vertellen over de uitdagingen in hun studie en werk. Hoe gingen ze hiermee om? En welke route namen ze in het onderwijs? Vossen: “Dit benadrukt het belang van doorzettingsvermogen in plaats van het stereotype dat alle wetenschappers van nature ‘erg slim’ moeten zijn.”  

Speeddaten in de klas

Een aansprekend voorbeeld van meisjes interesseren voor bèta-vakken is door ze te informeren tijdens een speeddate met mensen uit de praktijk. In deze video vertelt Jesse Wegman hoe ze dat organiseert en wat het oplevert.

  • Deze video kan worden embed

Maak het persoonlijk

Een belangrijke reden dat meisjes en leerlingen met een migratieachtergrond zich niet herkennen in een technisch of wetenschappelijk beroep, is dat ze er niet concreet hun eigen kwaliteiten, kenmerken en leefwereld in terugzien. “Laat ze daarom nadenken over hun eigen talenten, vaardigheden en interesses en hoe die van pas kunnen komen in verschillende beroepen”, vertelt Vossen. Zo ontdekken leerlingen dat hun kwaliteiten voor veel meer vakgebieden van waarde zijn dan ze wellicht dachten. 

Heb van iedereen hoge verwachtingen

Volgens Vossen kan het voorkomen dat leraren onbewust lagere verwachtingen hebben van bijvoorbeeld meisjes bij bètavakken. “Misschien haalt een meisje alleen vijven voor natuurkunde, maar dat betekent niet dat ze er geen interesse in heeft of er later niks mee kan.” Volgens haar is het belangrijk om altijd te blijven stimuleren: “Probeer niets in te vullen voor het kind, blijf altijd hoge verwachtingen houden.”

Let erop dat je iedereen ‘hoort’

Ook als het gaat om de beurt geven in de klas, of om de actieve deelname aan gezamenlijke activiteiten, is het volgens Vossen belangrijk op te letten op een eerlijke verdeling: “Sommige meisjes zijn wat verlegen, en vanuit sommige culturen is het niet vanzelfsprekend om zomaar de aandacht te vragen.” Hierdoor houden sommige leerlingen zich stil, ondanks dat ze wel graag mee willen doen. Vossen raadt daarom aan om tijdens de lessen te zorgen dat iedereen evenveel spreektijd krijgt.  

Laat leerlingen onderzoek doen

“Leerlingen hebben soms een beperkt beeld van wat een wetenschappelijk beroep in de dagelijkse praktijk betekent, laat ze daarom onderzoekend of ontwerpend leren”, zegt Vossen. Zo zien ze dat allerlei activiteiten ook tellen als wetenschappelijk en zien ze zichzelf sneller als wetenschapper.

Een leuke manier om het gesprek over wetenschappelijke beroepen ook buiten de schoolmuren te stimuleren, is om de ouders erbij te betrekken. “Laat leerlingen een tentoonstelling maken en nodig ouders uit, informeer ouders over verschillende carrièrepaden of betrek ze bij een project”, vertelt Vossen.

Meer weten?

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.