Zo ondersteun je leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis
praktijk
po vo

Zo ondersteun je leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis

Vijf procent van de Nederlandse kinderen heeft een taalontwikkelingsstoornis. Door het doen van kleine aanpassingen in je manier van lesgeven, wordt leren makkelijker voor deze leerlingen. Bijkomend voordeel: ook de rest van de klas heeft er baat bij!

Een basisschoolleerling schrijft in haar schrift
© Arenda Oomen

Hoewel TOS (taalontwikkelingsstoornis) een steeds bekender begrip is, wordt de beperking lang niet altijd direct herkend. “Ik denk dat dat komt omdat het vaak rustige, stille kinderen zijn. Van een TOS-leerling heb je geen last, maar zelf hebben ze wel veel last van hun TOS”, zegt Judith Havermans, die als ambulant begeleider van Kentalis TOS-leerlingen in het regulier onderwijs begeleidt. “Ter vergelijking: er zijn minder leerlingen met ADHD, maar die vallen op in een klas. Voor hen wordt dus veel eerder hulp ingeschakeld”, vult haar collega Kees Dikker aan.

TOS herkennen

Vijf procent van de Nederlandse kinderen heeft een taalontwikkelingsstoornis. Zij ervaren hardnekkige problemen in hun taalontwikkeling, die niet voortkomen uit andere beperkingen zoals gehoorproblemen, fysieke of emotionele problemen, cognitieve beperkingen of meertaligheid. Het grootste deel van deze leerlingen volgt regulier onderwijs. Een taalontwikkelingsstoornis kent veel verschillende vormen. Kenmerken die veel voorkomen zijn:

  • Weinig praten, korte antwoorden geven of vaak zeggen: dat weet ik niet.
  • Antwoorden geven die niet aansluiten op de vraag.
  • Warrig vertellen of enorm uitweiden zonder dat het verhaal een richting heeft.
  • Niet meedoen met een groepsgesprek.
  • Niet weten wat er verwacht wordt bij een opdracht.  
  • Veel tijd nodig hebben om iets te verwoorden.
  • Beperkte woordenschat hebben en moeite hebben met grammaticale regels van werkwoordvervoegingen.

Zo maak je leren makkelijker voor TOS-leerlingen

Iedere TOS-leerling is verschillend, maar er zijn een aantal generieke aanpassingen die het leren voor hem of haar makkelijker maken en waar ook de rest van de klas iets aan heeft.

Houd instructie kort

Beperk je instructie tot tien minuten en laat leerlingen daarna aan de slag gaan met een verwerkingsopdracht.

Schrijf het doel op

Schrijf het doel van een opdracht duidelijk op het bord en laat het staan als leerlingen aan de slag gaan. “Zo weten TOS-leerlingen waar ze zich op moeten richten. Dat voorkomt dat ze steeds moeten gissen naar wat ze eigenlijk aan het doen zijn”, legt Havermans uit.

Maak uitleg visueel

Veel en complexe talige informatie is vaak een probleem voor TOS-leerlingen. Maak waar mogelijk gebruik van visuele informatie, teken relaties tussen begrippen en gebruik tijdbalken.

Benoem wat belangrijk is

Informatieverwerking kan lastig zijn, waardoor TOS-leerlingen soms eerder afhaken bij uitleg. Benoem daarom wat belangrijk is. “Als je zegt: ‘dit komt terug op een toets’, maak je het TOS-leerlingen gemakkelijker zich daarop te focussen. Tijdens een informeel gesprek is focus minder noodzakelijk. Natuurlijk zijn die gesprekken ook belangrijk, maar het kan TOS-leerlingen veel moeite kosten extra informatie die niet over de lesstof gaat, ook te verwerken. Soms moet je keuzes maken, zodat deze leerlingen hun energie primair kunnen steken in schoolinformatie”, legt Dikker uit.

Bied structuur

Een duidelijke planning en een overzicht van wat er moet gebeuren, geven leerlingen veel houvast. Havermans: “Met een app als Magister kunnen TOS-leerlingen prima uit de voeten, maar zodra het huiswerk op verschillende plekken of systemen staat, wordt het voor hen extra ingewikkeld.”

Stel concrete vragen

Toetsvragen met abstracte woorden of veel talige informatie? Die zijn voor TOS-leerlingen soms moeilijk te begrijpen. Ook vergeten ze vaak een deel van het antwoord als een vraag uit meerdere onderdelen bestaat. Formuleer vragen daarom zo concreet mogelijk. Ook als je wilt weten of een leerling je begrepen heeft, kun je dat het beste zo direct mogelijk vragen. Dus niet: ‘Heb je het begrepen?’ Maar wel: ‘Wat heb ik net verteld?’

In onderstaande video is te zien hoe leraren op de reguliere Harmpje Visserschool op Urk ondersteuning krijgen om hun TOS-leerlingen passend onderwijs te kunnen geven.

  • Deze video kan worden embed

Meer weten?

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.