Aan de slag met digitale geletterdheid? Zo doe je dat
praktijk
po vo mbo so

Aan de slag met digitale geletterdheid? Zo doe je dat

Digitale geletterdheid wordt steeds belangrijker in het onderwijs. Het vernieuwde ‘Handboek digitale geletterdheid’ helpt leraren en ict’ers een visie op digitale geletterdheid te ontwikkelen. Maar hoe kun je alvast aan de slag? Auteur Remco Pijpers deelt praktische tips.

omslag Handboek Digitale geletterdheid

Het ‘Handboek digitale geletterdheid’ van Kennisnet is de opvolger van de eerste editie uit 2017. “In de vernieuwde uitgave ligt de nadruk nog meer op hoe je digitale geletterdheid kunt laten aansluiten op bestaande vakken,” vertelt Remco Pijpers, strategisch adviseur digitale geletterdheid bij Kennisnet en auteur van het handboek. “We delen opnieuw verhalen uit de onderwijspraktijk. Leraren uit het po en vo vertellen hoe zij digitale geletterdheid in hun onderwijs integreren. Dit boek biedt vooral een slimme kijk op het onderwerp en kan je helpen digitale geletterdheid een structurele plek te geven, in plaats van er af en toe wat mee te doen.” 

Slim aansluiten op bestaande vakken

Zo vertelt Berry Nieskens, voormalig docent informatica aan de havo- en vwo+-school ALASCA in Amsterdam en nu werkzaam op de Hogeschool van Amsterdam, in het handboek hoe de school traditionele vakken als wiskunde en natuurkunde verbindt aan modules als datawetenschappen en robotica. Leerlingen wordt bijvoorbeeld gevraagd om op basis van data van de Formule 1 te bepalen wat het best presterende team is in de afgelopen tien jaar. Ze analyseren en visualiseren daarbij een dataset naar keuze, leren statistiek toe te passen en gebruiken een programmeertaal om centrummaten te berekenen en data in diagrammen weer te geven. Of leerlingen gaan bij natuurkunde aan de slag met een micro:bit, een kleine computer met ledlampjes, en leren tijdens het bouwen en aansluiten spanning berekenen. 

Zelfgeschreven e-boeken

Een ander praktijkverhaal uit het ‘Handboek digitale geletterdheid’ gaat in op hoe je digitale geletterdheid kunt integreren in het taalonderwijs op de basisschool. De scholen van acht schoolbesturen in het po werken aan het project App Noot Muis om zo digitale geletterdheid een structurele plek te geven in het curriculum van de school, zonder dat het ten koste gaat van andere lestijd. Geïnspireerd door een Zweeds project, waarbij leerlingen verhalen schrijven en publiceren als e-boeken die vervolgens worden opgenomen in de online bibliotheek van de school, en op basis van wetenschappelijke inzichten over het verband tussen lezen en digitale geletterdheid, heeft een van de deelnemende scholen aan App Noot Muis het voorbeeld overgenomen. Ze maken daar nu ook eigen e-boeken geschreven door leerlingen. 

De digitale toepassingen van straks

Digitale geletterdheid gaat volgens Remco Pijpers verder dan alleen het ontwikkelen en opdoen van digitale vaardigheden, het gaat ook over het verder ontwikkelen van vakken en over met je tijd meegaan. “Het is gek als je bij natuurkunde niets doet met het vermogen van computers, of als je bij biologie niet ingaat op hoe je nieuwe digitale technieken kunt gebruiken. Als je kijkt naar beroepen van nu en in de toekomst, moet je ook nadenken over de digitale toepassingen die van belang zijn voor leerlingen die daarin straks werkzaam. Ook dat is digitale geletterdheid.” Een ander belangrijk punt is dat leerlingen leren te reflecteren op de (digitale) maatschappij, zodat ze daar kritische vragen over kunnen stellen. 

Werken aan de kerndoelen van straks

De verwachting is dat digitale geletterdheid vanaf 2026 onderdeel zal zijn van het curriculum. Samen met vakdidactici, scholen en onderwijsorganisaties ontwikkelt Nationaal Expertisecentrum Leerplan Ontwikkeling (SLO) de komende jaren kerndoelen voor digitale geletterdheid. Vanaf 2024 kunnen scholen al aan de slag met de conceptkerndoelen. Bij het Expertisepunt Digitale Geletterdheid zijn handvatten, tips, inspiratie en ondersteuning te vinden om mee aan de slag te gaan.

Momenteel werken veel scholen al aan digitale geletterdheid; ze doen bijvoorbeeld mee aan de Week van de Mediawijsheid of geven les over wat betrouwbare bronnen zijn op internet. Pijpers denkt dat er winst te behalen valt door alvast toe te werken naar de kerndoelen van straks. “In plaats van het geven van losse lessen in digitale vaardigheden, kun je bijvoorbeeld met één leergebied aan de slag. Kijk wat je al doet bij geschiedenis en bedenk samen met je collega’s hoe je daar een digitale context voor kunt creëren.” 

Grote verschillen digitale prestaties 

De KNAW waarschuwt in het rapport Digitale geletterdheid in het voortgezet onderwijs voor het ontstaan van een kloof tussen digitaal geletterden en digitaal ongeletterden. In de Leerlingmonitor Digitale Geletterdheid van 2020 blijkt dat de verschillen op het gebied van digitale prestaties onder jongeren nog altijd groot zijn. In de publicatie zijn de onderzoeksresultaten van de Universiteit Twente opgenomen. Het onderzoek onder 746 leerlingen van 10 tot 13 jaar bestond uit een digitale toets waarbij leerlingen in een online omgeving opdrachten moesten uitvoeren die waren gericht op veiligheid en privacy, en op het verzamelen, beoordelen, creëren en publiceren van digitale informatie. De belangrijkste resultaten zijn:

  • Het onderwijsniveau van leerlingen heeft invloed op het niveau van digitale geletterdheid. Havo/vwo-leerlingen scoren significant hoger dan leerlingen op andere niveaus.  
  • Leerlingen met een lage sociaaleconomische en -culturele status zijn mogelijk minder digitaal geletterd. 
  • Leerlingen met veel zelfvertrouwen in lezen, lijken ook vaardiger in digitale geletterdheid.  

Meer weten?

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.