Beter leren door onderzoek
Onderzoekend leren is een werkvorm die zowel in het basis- als in het voortgezet onderwijs wordt gebruikt. Leerlingen kunnen zo veel kennis en vaardigheden opdoen die belangrijk zijn voor hun verdere leren. Belangrijk bij ontwerpend leren is dat leerlingen goed worden begeleid door de leraar. Wat is effectief?
In de studie Beter leren door onderzoek wordt onderzoekend omschreven als een onderwijsvorm waarbij de vragen van leerlingen het vertrekpunt zijn en de leerlingen verzamelen data om die vragen te beantwoorden. Vervolgens analyseren ze hun data op een systematische manier, trekken op basis daarvan conclusies en rapporteren daarover.
Bij onderzoekend leren werken leerlingen samen aan het oplossen van betekenisvolle problemen en ze verwerven zo vaardigheden en kennis die daarvoor nodig zijn. Om dit proces optimaal te laten verlopen is een goede begeleiding door de leraar belangrijk. Er zijn verschillende mogelijkheden tot het geven van sturing aan leerlingen.
Variatie in sturing
Het is belangrijk dat leerlingen zelf enige invloed hebben op het onderzoeksproces, zodat ze leren van de keuzes die ze maken. Dit kan de leraar bevorderen door te variëren in de mate van sturing. Hij moet als het ware kunnen schakelen tussen docentgestuurd, gedeeld gestuurd en leerlinggestuurd begeleiden.
Nadenken over het eigen leren
Daarnaast kan een leraar ook variëren in de aard van de sturing. Er worden drie vormen van sturing onderscheiden: metacognitieve, conceptuele en sociale begeleiding. Vooral de metacognitieve begeleiding is belangrijk. Daarbij worden de leerlingen geholpen om na te denken over het eigen leren. Bij onderzoekend leren bestaat die metacognitieve begeleiding vooral uit:
- Het creëren van een goede onderzoekscultuur in de klas
- Het bevorderen van goede gesprekken over onderzoek
- Het stimuleren van het denken over wat onderzoek is
Tijd en inzet
Het is van belang de tijd te nemen om te wennen aan onderzoekend leren in de klas. Zowel leraren als leerlingen moeten leren om onderzoek te doen. Het is goed als de leraar hier expliciet aandacht aan besteedt. In de samenwerking tussen leerlingen kan de leraar zijn begeleiding bijvoorbeeld richten op de interactieprocessen in de groepjes (sociale begeleiding). Verder heeft de leraar invloed op de kwaliteit van het geleerde door de kennis die in gesprekken naar voren komt expliciet te maken (conceptuele begeleiding). Dit kun je bereiken door middel van diverse gespreksactiviteiten, zoals herhalen, herformuleren, uitwerken en debatteren.
Stappen voor onderzoekend leren
- formuleren van een vraag;
- gebruikmaken van relevante hulpbronnen in jezelf of in de omgeving;
- met elkaar discussies voeren om de waarde van de voorgestelde oplossingen of oplossingsstappen te beoordelen.
Om het onderzoekend leren efficiënt te laten verlopen, is de rol van de leraar als begeleider belangrijk. Leerlingen hebben bij deze werkvorm partners nodig die meer weten dan zijzelf. De leraar is zo’n partner en kan bijvoorbeeld:
- beoordelen of de gestelde problemen relevant zijn voor het behalen van de gestelde onderwijsdoelen;
- als belangrijke hulpbron dienen;
- het proces in de discussies sturen en productief maken;
- door zijn deelname kritisch en creatief denken uitlokken.
Tips om rekening mee te houden
- Het is wennen voor leraren die net beginnen met onderzoekend leren. Je moet leerlingen een nieuwe manier van leren aanleren en dat vergt een verandering van de cultuur in de klas. Dit kost tijd en energie. Dit proces delen met collega’s kan heel waardevol zijn.
- Speel als leraar met verschillende maten van sturing geven. Geef leerlingen zoveel vrijheid als jij en je leerlingen aankunnen in verschillende fasen van het onderzoek. Maar begeleid ze wel bij de stappen die zij zelf maken.
- De begeleiding van leerlingen moet vooral zijn gericht op het leerproces. Help leerlingen bijvoorbeeld bij het goed samenwerken en het voeren van inhoudelijke gesprekken. Zo ontwikkelen ze een onderzoekende houding.
- Het inhoudelijk leren gebeurt door goede, interessante gesprekken te voeren die echt over het onderzoeksonderwerp gaan. Help leerlingen bij het stellen van goede inhoudelijke vragen aan elkaar.
- Door leerlingen te begeleiden in de dialoog (modelleren van doorvragen, herformuleren, kritische vragen stellen) maken ze vorderingen in zelfsturing.
- Vanaf de kleuters tot aan bovenbouwleerlingen in het voortgezet onderwijs: alle leerlingen kunnen ‘onderzoekend leren’. Moedig ze aan om te beginnen bij het onderzoeken van hun eigen vragen en help ze om op steeds systematischere wijze data te verzamelen en antwoorden te vinden.
- Laat leerlingen op verschillende manieren data verzamelen om antwoorden te vinden op de vragen die ze hebben. Ze kunnen gebruikmaken van experimenteel, ontwerp-, praktijk-, bronnen- of simulatieonderzoek. Varieer met hoe vrij je de leerlingen laat.
- Bespreek op metaniveau waar de leerlingen mee bezig zijn. Ga met ze in gesprek over hoe hun gevonden antwoorden aansluiten op bestaande kennis en moedig kritische vragen aan.
- Word zelf ook onderzoeker. Op die manier kun je leerlingen vanuit je eigen ervaring goed begeleiden in hun onderzoek.
Over het onderzoek
De onderzoekers van Beter leren door onderzoek analyseerden 186 artikelen over onder meer probleemgestuurd leren, projectonderwijs en ontwerpend leren. Het ging om evaluatieve studies in zowel het primair als het voortgezet onderwijs. De meeste studies werden uitgevoerd in de Verenigde Staten, een deel in Europa. Veel van de onderzoeken gingen over het bèta-domein. Deze reviewstudie werd gefinancierd vanuit het fundamenteel-wetenschappelijke onderwijsonderzoek van het NRO.