Echte lezers maak je in de klas
praktijk
Leesbevordering po

Echte lezers maak je in de klas

Het is één keer per jaar Kinderboekenweek. Maar niet in de groep 7 van leerkracht Karin Versloot. Daar is het elke week Kinderboekenweek. Zij wil echte lezers maken van haar leerlingen. Dat doet ze door elke dag samen te lezen. “Ik heb zoals iedere leraar een overvol programma. Maar door onderwerpen te combineren, lukt het om extra tijd vrij te maken voor lezen.”

Karins lokaal op basisschool de Twaalfruiter in Vleuten staat vol boeken. In de kasten staan tientallen boeken die passen bij het thema Egypte. Het zijn informatieve, maar ook verhalende boeken. Zoals de serie ‘Dummie de Mummie’. Karin: “Die wordt verslonden.” Op de instructietafel liggen steeds weer andere leesboeken. Karin neemt iedere week boeken mee van de bieb, van huis of uit de boekenwinkel. Op een tafel staat een boekendoos, een soort kijkdoos, maar dan over een boek. Leerlingen maken ze zelf. Aan de muur hangt een gedicht.

Stoppen met lezen op een spannend moment

Karin heeft allerlei trucjes om leerlingen aan het lezen te krijgen. “Soms vraag ik een leerling net iets te hard iets over een boek, bijvoorbeeld: vind je het ook zo grappig dat Dummie…? Andere kinderen horen dat en raken nieuwsgierig en pakken ook een Dummie-boek op.” Het werkt. Soms neemt ze op maandag een nieuw boek en zegt ze bewust tegen één leerling die een zetje nodig heeft dat het een te gek boek voor hem of haar is. Een andere veel toegepaste truc is stoppen met voorlezen op een spannend moment. “Daar balen leerlingen van. Sommigen vragen dan of ze stiekem het boek mee mogen nemen naar huis. En dat zijn echt niet altijd dezelfde kinderen. Het boek meenemen mag dan ook van mij. Zo houd je ze betrokken.”

Elke dag 20 minuten met elkaar lezen

Karin leest elke dag 20 minuten tijdens de lunch. Nu is dat Borealis van Marloes Morshuis. Samen bespreken ze wat er in het boek staat. “Ik praat heel veel over alle boeken en teksten die in de klas langskomen, want zo maak je een boek toegankelijk voor je leerlingen.” De klas wisselt ideeën en opvattingen met elkaar uit. En soms koppelt Karin er een technische leesinstructie aan vast. “Ik werk met Estafette, een methode voor technisch lezen. Die les eindigt vaak met vrij lezen. En complexe teksten maak ik toegankelijk met de aanpak close reading.”

Inpassen naast het reguliere programma

Het is een uitdaging om al die aandacht voor lezen in te passen in een regulier lesprogramma. Ook het programma van Karin is bomvol, dus ze past een aantal creatieve oplossingen toe om toch iedere dag aandacht aan lezen te kunnen geven. “Ik combineer veel. Ik koppel bijvoorbeeld het wereldoriëntatie-thema en stelopdrachten aan close-reading-lessen.” Daarnaast laat ze leerlingen veel praten over de teksten, waardoor ze lessen uit de taalmethode weg kan laten. “En als ik de tekststructuur centraal stel, dan oefenen we met poëzie of sprookjes. Al die combinaties leveren ruimte op voor lezen.”

De juiste boeken kiezen

Zo veel aandacht voor lezen, betekent ook heel veel boeken kiezen. Hoe doe je dat? Karin volgt collega’s met een passie voor het lezen op Twitter, zoals Debbie Dussel en Martin Bootsma. Op Twitter plaatsen zij boeken die ze met hun kinderen lezen. Ze volgt ook organisaties als Stichting Lezen, die werken aan beter leesonderwijs en iedereen stimuleren om meer te lezen. “Verder ga ik meerdere keren per week naar de bieb en houd ik zelf de jeugdliteratuur bij.”

Wanneer een boek een leerling raakt

Hoe kun je nou weten dat je leerling is veranderd in een echte lezer? “Ik zie het, als ze geraakt worden door een boek. Je ziet ze genieten en plezier hebben. En een volgend boek pakken.” Karin merkt dat veel lezen in de klas en praten over teksten het wereldbeeld van leerlingen vergroot. Ze krijgen door dat andere mensen en kinderen dingen anders ervaren en beleven dan zij en hoe ze dat doen. Daardoor kunnen ze zich weer beter inleven. “Zo zijn door het lezen van Julia’s reis van Finn Zetterholm bijvoorbeeld mijn kinderen heel anders gaan kijken naar schilderijen, met name die van Salvador Dali. Omdat zijn persoonlijkheid in het boek wordt beschreven, snappen ze de ‘gekte’ in zijn schilderijen.” Zo zijn er tal van voorbeelden.

Tips om zelf meer te doen met lezen in de klas

Karin hoopt dat haar leerlingen ook na groep 7 blijven lezen. “Als er een vervolg uitkomt van een boek dat ik met ze gelezen heb, en ze zitten al in groep 8, dan tip ik mijn collega: dit moet je met ze lezen!” Maar ze ziet ook een belangrijke rol voor ouders. Een ouderavond over lezen helpt om ouders te betrekken. Wil je zelf net als Karin meer doen met lezen in de klas? Dan heeft ze een aantal handige tips:

  • Plan voldoende tijd in voor het oefenen en onderhouden van leesvaardigheid. Zonder technisch lezen geen leesmotivatie.
  • Oefen zelf met voorlezen. Hoe je voorleest bepaalt of een boek gaat leven voor leerlingen.
  • Praat heel veel met je leerlingen over het boek dat jullie lezen. Zo maak je boeken toegankelijk.
  • Laat leerlingen ook onderling praten over boeken en teksten.
  • Ga op zoek naar een voor jou passende werkmethode om lezen te bevorderen. Laat kinderen bijvoorbeeld een boekendoos maken.
  • Laat kinderen een boek meenemen van thuis en promoten aan de rest van de klas.
  • Motiveer ouders om te blijven voorlezen, ook al lezen kinderen zelf al.

Meer weten?

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.