Voorkom pesten met positieve groepsvorming
praktijk
po

Voorkom pesten met positieve groepsvorming

Wil je een pestprobleem oplossen of voorkomen? Dan is het trainen van sociale vaardigheden en aandacht voor positieve groepsvorming belangrijker dan de pestkop straffen. Lees meer over het KiVa-programma, een van de programma’s die je daarbij kunt inzetten.

  • Deze video kan worden embed

Het KiVa-programma is van oorsprong Fins. Het woord kiva betekent leuk of fijn. KiVa richt zich op het voorkomen van pesten door het versterken van de sociale veiligheid op school. Want pesten kun je alleen tegengaan als er sprake is van een positief groepsklimaat. Keurt de hele groep het pesten af? Dan stopt de pester eerder met pesten. Een bijkomend voordeel is dat positieve groepsvorming niet alleen pesten voorkomt. Het heeft ook een gunstig effect op het het welzijn en het leerproces van leerlingen. 

Positieve groepsvorming in tien thema’s

Het KiVa-programma bestaat uit tien thema’s. Gedurende het schooljaar wordt er iedere maand een behandeld. Aan de hand van deze thema’s leren leerlingen wat het effect is van pesten en hoe ze het voor een slachtoffer kunnen opnemen. Ze spelen pestsituaties na om zo de verschillende rollen die bij pesten komen kijken te leren kennen. Op deze manier krijgen leerlingen en leraren inzicht in de rol van de groep bij pesten. In de video zie je hoe dat werkt.

Lesmateriaal KiVa

Het is belangrijk om blijvend aandacht te besteden aan groepsvorming, vooral als leerlingen elkaar een tijdje niet hebben gezien, zoals na een vakantie. Het is belangrijk dat leerlingen de ruimte krijgen om te praten over hun gevoelens en ervaringen. Om scholen en leerkrachten daarbij te ondersteunen stelt KiVa gratis lesmateriaal beschikbaar. De werkvormen zijn enerzijds gericht op het elkaar weer ontmoeten, anderzijds om de normen en waarden in de klas weer duidelijk neer te zetten.

Tips voor een positieve sfeer

Werkt jouw school nog niet met een programma als KiVa? Deze tips kun je toepassen om een positieve sfeer in jouw groep te creëren: 

  • Richt je op het slachtoffer en niet op de pestkop. Pesters hard aanpakken lost zelden een pestprobleem op. Het heeft meer zin om je te richten op het slachtoffer en te kijken hoe je met de groep het gepeste kind kunt helpen.
  • Zorg dat je pestgedrag herkent. Bij pestgedrag is er sprake van een machtsverschil en van herhalend gedrag. Het kan heel subtiel zijn. Zorg dus dat je ook alert bent op kleine signalen, zoals leerlingen die een andere leerling steeds zacht aanstoten of continu een jas verhangen. Dit herhalende gedrag richt zich altijd op één slachtoffer.
  • Zet een steungroep op voor het slachtoffer. Wordt er gepest in de klas? Zet dan een steungroep op voor het slachtoffer en maak daar concrete afspraken mee. Ga een week later met het gepeste kind en de steungroep na of de situatie verbeterd is. Is dat niet zo? Dan zijn verdere stappen nodig, zoals contact opnemen met de ouders.
  • Wees je bewust van de rol van buitenstaanders. Bij pestgedrag zijn er zes verschillende rollen te onderscheiden. De ene rol komt meer voor dan de andere. Er zijn slachtoffers (13%), pesters (9%), assistenten (8%), versterkers (23%), verdedigers van het slachtoffer (20%) en buitenstaanders (27%). Veruit de grootste groep bestaat uit buitenstaanders. Juist deze groep is heel belangrijk om het pesten tegen te gaan. Zorg dat kinderen die op willen komen voor het gepeste kind de hulp kunnen inschakelen van deze buitenstaanders. Met het idee: samen sta je sterker.
  • Doe een rollenspel: speel pestsituaties na in de klas. Leerlingen kunnen zich veel beter inleven in de verschillende rollen die bij pesten komen kijken als ze ze naspelen. Zo leren ze dat pesten een probleem van de groep is en niet van het slachtoffer. En ze leren wat ze als groep kunnen doen om pesten te voorkomen.

Meer weten?

 

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.